Roepende in een woestijn...
- Annemarie van Overveld
- 27 mrt 2021
- 6 minuten om te lezen
Soms kan het me overvallen. Opeens daalt het in. Ik zie alles helder en heb een diep gevoel van weten. Of van voelen. Het inzicht daalt in. Ik doe een stap achteruit en zie alles kraakhelder. Momenteel zit ik midden in zo'n moment van verlichting.
Na 2 weken die uitputtend, vermoeiend, negatief, zuigend en enorm druk en veeleisend waren, besef ik dat er soms momenten zijn dat je echt moet beseffen dat de dingen zijn zoals ze zijn. Ik kan niet de hele wereld veranderen en er zijn soms echt mensen die zo vast zitten als een rots. Die krijg je niet mee. Op meerdere fronten merk ik dit de afgelopen tijd. Ik trek, ik duw, ik praat, ik probeer. Het heeft geen zin. Deze mensen hebben nog hun eigen proces te doorlopen (of niet) en ik moet ze achterlaten. Mentaal dan. Deze mensen bewegen niet mee op mijn stroom. Na een flinke worsteling, waarbij ik of mijn rug breek aan het trekken aan deze rots of mijn hart breek omdat ik denk dat ik ook een rots moet worden, besef ik dat ik zelf mijn stroom mag blijven volgen. Dat is niet fout. Die ander heeft niet per definitie gelijk. Die ander houdt alleen van steen, ik niet. Het vraagt enorm veel van mijn zelfbeeld en zelfvertrouwen; het knaagt, het vreet. Maar na wat slapeloze nachten, gepieker en rationeel denken, mag ik nu voelen. En ik heb er gewoon geen zin meer in, stenen maken mij zwaar en veranderen mijn stroom van richting. Mijn valkuil is echt dat ik zoveel stenen opzoek/toelaat. Waarom toch…
Terwijl ik dit nu opschrijf komt het nummer "bijna thuis" voorbij. In 1 klap zit ik weer in het vliegtuig. Terug naar huis met een rugzak vol informatie, vragen, slecht nieuws en keuzes. Het was het moment waarop ik intens verdriet had omdat ik Siem zo miste. We waren letterlijk onderweg terug naar huis toen dit lied zo binnen kwam. Het nummer klonk in mijn oortjes terwijl ik echt niet kon stoppen met huilen. Ontlading van de hele week. De kadootjes en lieve woorden van de hoofdperser van de vlucht hebben nog steeds een plekje in onze woonkamer. Het gesprek wat met haar ontstond, zal ik nooit vergeten. Dat was ook echt geen toeval. Jeetje mina, in juni is dat alweer 2 jaar geleden. Wat is het voorbij gevlogen en wat is er veel gebeurd. Wat toen nog als een mokerslag binnen kwam, is al gebeurd. Ik heb het zwarte gat letterlijk in de ogen gekeken, ik ben het aangegaan, was niet meer bang. En nu moet ik terug naar de hoop. Want wat heeft onze dappere strijder het goed gedaan. Het had allemaal compleet mis kunnen gaan maar dat is niet gebeurd. We hebben gegokt en gewonnen.
Afijn, terug naar de stenen. Mijn grootste uitdaging ligt er nu in dat ik de stenen niet gelijk allemaal ga lopen weggooien. Die neiging heb ik namelijk. Ik heb er last van, ze leggen hun gewicht letterlijk in mij en ik word zwaar. Of liever gezegd: ik laat dat gebeuren. En dan wil ik ze weggooien omdat ze mij compleet leeg zuigen en een zere rug bezorgen omdat ik ze steeds maar probeer op te tillen. Kortom: mentaal kan ik zuigers, mensen die zo compleet anders in het leven staan dan ik niet loslaten en wat ze van mij vinden al helemaal niet. Maar de kunst is ze gewoon lekker te laten liggen en om ze heen te stromen. Dus wel verder gaan met stromen, zonder dat ik die stenen mee wil nemen. Ik moet erop vertrouwen dat ik ze niet nodig heb en mijn koers me echt brengt waar ik wil zijn. Ik mag zijn wie ik ben en mijn mening (die voor anderen zo beangstigend/vreemds/anders/veeleisend is) mag ik blijven uitdragen. Omdat ik die mening heb vanuit een diep gevoel van liefde, rechtvaardigheid, eerlijkheid en puurheid. Wat krom is, lullen ze bij mij niet recht Zo simpel is het. En wat kunnen we toch lullen met z’n allen. Af en toe denk ik dat ik in een groot toneelstuk ben beland. En ik ben slecht in acteren.
Waar de afgelopen 2 weken begonnen met verdriet, ellende, chaos en vermoeidheid, zijn ze geëindigd in inspiratie, aanwakkerend vuur, verlangen en oprechte connectie. Op meerdere vlakken komen de juiste dingen bij elkaar. Ook komen er steeds meer soortgenoten op je pad. Je eigen stroom komt andere beekjes met stromend water tegen. Mensen die op jouw lijn zitten, weliswaar vanuit een andere richting, maar als je ze laat instromen worden de beekjes 1 breder en sneller stromend kanaal. Ze bieden tegenwicht aan de stenen. En kleine steentjes worden meegevoerd als je geluk hebt. Afgelopen week is zelfs een grote steen, waarvan ik echt heel bang was dat ik die niet op kon tillen en moest achterlaten, vanzelf mee los gekomen. Ik ben enorm opgelucht. Ook is er een steen die ik nog even mee zal moeten nemen. Want we hebben die nodig voor als ons stroompje uit de bocht vliegt. Maar ik bepaal nu op welke momenten en hoe. De andere grote steen ligt nog vast. Dat wordt nog een uitdaging. Ik wil die niet meenemen want ik heb hem eigenlijk niet nodig. Maar ik denk wel dat die steen mij nodig heeft.
Het klinkt allemaal heel cryptisch zo, maar dat helpt om het voor mezelf luchtig te houden en afstand te nemen. Want jeetje wat was ik verdrietig en wanhopig. Ik zie echt dingen die anderen niet zien, ik denk dingen die anderen niet denken (denken sommigen uberhaupt?) en daardoor voel ik me heel vreemd. En vaak. Mensen die niet zien wat ik zie, vind ik zo lastig. Zelfs als mensen mij pijn doen door wat ze doen, me negeren, me niet zien of mensen die liegen (wat echt een van mijn grootste allergieën is) of draaien of niet doen wat ze afspreken of beloven, dan nog ga ik de confrontatie niet aan. Ik slik het. Ik maak geen ruzie of zet niet de tegenaanval in. Nee, ik ga me eerst dagen verbazen over het feit dat die ander dat kan. Ik pieker me suf over de vraag waarom en wil die ander begrijpen. Waarom doe ik dat toch steeds? Zoveel nadenken... Zodanig dat ik ga twijfelen aan mijn eigen waarneming en zijn. Waarom ben ik dan zo anders. En ik ga twijfelen of ik het wel goed zie. Maar ja, er zijn mensen die zo zijn. Ik kan het me gewoon niet voorstellen. Maar ik zie het goed. Niet twijfelen Annemarie, ik zeg het wel 10 keer op een dag tegen mezelf.
En ALS ik dan eindelijk de conclusie heb getrokken dat ik het goed zie, dan doet me dat zoveel pijn (omdat ik zelf zo compleet anders in elkaar zit) dat ik me het liefst zo snel mogelijk ontdoe van die mensen. Ik wil er van weg. Het is dan zwart-wit. Alles of niks. Maar mijn uitdaging zit er in dat ik het laat en er mee om leer gaan. Zonder afbreuk te doen aan mezelf. Ik vind dat echt kei, kei, kei moeilijk. Om die stenen gewoon te laten liggen en op een tactvolle manier er om heen te dansen. Zodat die stenen er ook mogen zijn, en mijn stroompje ook. Hoe kan ik energiezuigers, mensen of situaties die zo niet bij mij passen, er toch laten zijn zonder dat het mij bergen energie kost omdat ik het zo binnen laat komen? Hoe kan ik stevig en krachtig bij mezelf blijven zonder twijfel?
Het antwoord ligt voor mij echt in andere beekjes. Veel soortgenoten opzoeken. Veel met mensen praten en delen die zijn zoals ik. Die op dezelfde golflengte zitten. Dat geeft me in één klap mijn zelfvertrouwen terug. Andere beekjes geven me nieuwe energie en zeggen me "ik ben net als jij", wat mij weer zegt dat het goed is zoals ik ben. Dan komt het contrast met de stenen gewoon minder hard binnen. Gelukkig heb ik deze week heel veel nieuwe beekjes ontmoet en oude beekjes uit mijn kanaal weer gevonden. We zijn nu op weg naar een rivier...
En zo sta ik voor het eerst sinds november 2014 te dansen en te zingen op muziek. In mijn woonkamer. Zomaar. Omdat ik voel wie ik ben. Soms een roepende in een woestijn, en soms een koortje...
Dag andere ik, wat ben je dapper en wat ben ik ongelofelijk trots op jou! Dit proces is zo moeilijk om in woorden te vangen, maar het staat er ❤️